De QHY 21, 22 en 23 camera's zijn uitgerust met state-of-the-art Sony. Ze bieden aanzienlijk meer sensoroppervlak dan camera's met de legendarische Sony ICX285 sensor. De toch al extreem lage elektronische ruis is nog verder verminderd. De kwantumefficiëntie van bijna 79% (550 nm) ligt op een aanzienlijk hoger niveau.
De drie modellen QHY 21, 22 en 23 verschillen alleen in hun sensor en pixelgrootte. Ze zijn verkrijgbaar als monochrome ("mono") en kleurencamera's ("kleur"). De kleurencamera's zijn uitgerust met een UV/IR blocking filter (transmissie ca. 350 tot 700 nm). De zwart/wit tegenhangers hebben in plaats daarvan multi-coated helder glas (volledige gevoeligheid volgens de sensorkenmerken).
De QHY camera's hebben het volledige gegevensbereik van 16 bit. De voordelen zijn duidelijk. Onder dezelfde omstandigheden bereiken ze een betere differentiatie tussen licht en donker, een hogere sterlimietgrootte en een aanzienlijk betere kleurdifferentiatie dan camera's met 12 bit.
De QHY 21, 22 en 23 camera's hebben geen optionele T-ring nodig voor bevestiging aan de telescoop, spotting scope of microscoop, omdat er al een geschikte T-schroefdraad in de behuizing is geïntegreerd.
De gasdichte camerabehuizing is ontworpen om te voorkomen dat de chip of het afdekvenster bevriest (vochtvanger). De behuizing heeft een aansluiting voor droogtabletten en een ingebouwde sensorverwarming. De camera's worden gekenmerkt door hun kleine en lichte behuizing. Hierdoor wordt de focuser weinig belast.
Door het uitleesproces (progressive scan) is er geen mechanische sluiter nodig. Deze eigenschap verkleint de brandpuntsafstand van de structurele flens. De camera kan dus veel flexibeler in uw optisch systeem worden geïntegreerd.
De QHY 21, 22 en 23 kunnen de temperatuur van de sensor verlagen tot min 40-45 graden omgevingstemperatuur door middel van koeling. De temperatuur wordt geregeld via de meegeleverde DC201 schakelkast en via de besturingssoftware van de camera.